Het is meer dan 3 maanden geleden dat ze haar mama zag, en dat is lang. Ze huilt zo nu en dan, omdat ze haar mama mist.
Zaterdag was het eindelijk zover. Ze wilde zeker dat rode jurkje aan, met haar 'gouden' vestje erover. En de haren mochten eens gekamd worden: "chique madame, zal mijn mama zeggen" dagdroomde ze luidop. Het op school geknutselde eindejaarscadeau stond al 2 dagen goed opzichtig op tafel. Om het zeker niet te vergeten. (Oh ja: 2 dagen voor de kerstvakantie vroeg ze me achteloos of ik er ook eentje wilde, want "het cadeau is voor mijn mama. Maar als je echt wilt, zal ik er ook 1 voor jou maken" en ze haalde ondertussen achteloos haar schouders op. Belangrijk kan dat niet zijn, in haar igen, want ik ben haar mama toch niet?)
Een half uur te vroeg was ze niet meer te houden. Ik kon het nog een kwartiertje rekken, maar dan moesten we echt vertrekken. Ook al omdat we niets wisten van het bus- en treintraject van mama en we dus geen idee hadden met welke bus ze er zou kunnen geraken. Gelukkig is de bezoekruimte gekend en was het speelgoed snel gevonden. Bij elke keer dat de bel ging, keek ze vol verwachting naar de deur. "Nu zal het mijn mama zijn". Telkens was het bezoek voor iemand anders
Na een half uurtje zag ik de twijfel in haar gezichtje. "Mijn mama had hier nu toch al moeten zijn?" Maar ik wist het ook niet. We besloten nog te wachten, want wij waren ten slotte ook wel wat te vroeg gekomen. De spanning werd haast ondraaglijk voor haar.
Wanneer we na een uur vertelden dat de bezoekruimte ging sluiten, want dat niemand nog dacht dat haar mama er ging geraken was ze eerst boos op ons. We moesten echt blijven wachten "mijn mama komt wel met de volgende bus", maar ondertussen was ze ook echt verdrietig, diep verdrietig. Zo veel pijn: ze kon bijna niet huilen maar de tranen kwamen toch. Het deed op zo'n manier pijn dat ze geen troost kon verdragen en mij wegduwde wanneer ik in haar buurt kwam.
En ik? Ik was boos, nee, ik ben nog altijd boos. Dit gaat ze niet vergeten, dit heeft haar gebrandmerkt en ik kon alleen maar machteloos toekijken hoe ze gekwetst werd door iets dat niet gebeurde. En het doet er niet toe waarom haar mama er niet was en of ze een al-dan-niet geldige reden had: de klok kan niet teruggedraaid worden en deze pijn kan nooit meer 'ongedaan' worden